Colon, Cubaans achterland
Door: webmaster
Blijf op de hoogte en volg pieter
20 Januari 2010 | Cuba, Colón
Heerlijk fietsweer vandaag. Het zonnetje en de wolken wisselen elkaar in hoog tempo af. Water wordt ingeslagen bij de benzinepomp. Met het eten zit het wel snor. Carmelita (Carmen) heeft me proviand voor onderweg meegegeven. Voldoende voor een heel elftal. Ik heb meewind en met de grote plaat (versnelling) er op, kan ik een paar uur tegen de 30 km/uur rijden. Dat schiet lekker op. Het uitzicht is wijds en het decor is landelijk. Suikerriet en veeteelt. Bij de toegang van een UBPC-bedrijf, een groot (staats)veeteeltbedrijf, eet ik de roze kroketjes van Carmen op. Een soort garnalenkroketten. Ze smaken verrukkelijk. De ossenkarren en de vaqueros met de machete aan de riem en de breedgerande hoeden op het bruinverbrande hoofd, zorgen voor de passende couleur locale. Het is dus genieten onderweg. Bij de Panamerican (de CUC-winkel) - een ontmoetingspunt voor locals- is het tijd voor een blikje cola. Twee wulpse, uitdagend geklede dames willen meer van mijn herkomst, mijn fiets en van mijn fietstocht horen. Al snel vindt er een hele discussie plaats met mij als middelpunt, alleen kan ik van het rappe Cubaans weinign chocola maken. kernpunt van de beraadslaging lijkt mij te zijn 'Waarom een rijke Westerling (zoals ik ongetwijfeld ben en wordt gezien) niet eenvoudig met zijn kont in een bus of in een auto gaat zitten om zich rond te laten rijden.' Het zweet stroomt de dames bij wijze van spreken al uit, bij de gedachte van ...de kilometers die ik heb afgelegd en nog moet afleggen. Uiteindelijk daalt het niveau af naar .... de kuiten van deze fietser en nadat de dames mijn kuiten hebben bewonderd en bevoeld (ja eerlijk je had er bij moeten zijn om te geloven)is het hoogste tijd om al dat genot achter me te laten voordat verdergaande voorstellen voor het bevoelen van andere lichaamsdelen worden gedaan. Colon is snel gevonden.De stad van Christoffel Columbus. Eerlijk gezegd is het standbeeld het object dat op mij als het meest verzorgd overkomt. Voor de rest is de stad niet echt fraai. Veel verpauperde panden, slenterende jongelui, als de brandweer heen en weer rijdende witte Lada's. Dus dan weet je het wel. Te Tu Te Tu! Een brede rechte hoofdstraat met een aantal pesohotels. Het is een heel gewurm om hier een casa te vinden, maar uiteindelijk vind ik die toch. Na een lekkere douche en even buiten van het zonnetje genieten is het tijd voor het maal. Het blijkt vleesch noch visch te zijn, maar de maag van de hongerige fietser is niet kieskeurig. Een rondwandeling door het stadje blijkt wat meer voeten in de aarde te hebben dan vooraf gedacht. Maar ook spontane ontmoetingen horen bij de charme van een bezoek aan Cuba.